Musée Nissim de Camondo: Collectie en Lieu-de-Mémoire

Museum Nissim de Camondo, Parijs:

van collectie naar lieu-de-mémoire

Handout in het kader van de Parijs-excursie, juni 2016

rubon411

Het museum Nissim de Camondo werd geopend in 1936, ruim één jaar na het overlijden van Moïse de Camondo.

Moïse de Camondo had het huis laten bouwen tussen 1911 en 1914, nadat hij het bestaande huis van zijn moeder na haar dood had laten afbreken. Hij heeft dit gebouw samen met de architect René Sergent ontworpen met het Petit Trianon in Versailles als voorbeeld. Het huis fungeerde niet alleen als woning voor Moïse, zijn zoon Nissim, zijn dochter Fanny en haar gezin, maar ook als ruimte waar zijn uitgebreide collectie Franse (decoratieve) kunst uit de tweede helft van de achttiende eeuw werd ondergebracht.

 

Moïse de Camondo, die met zijn familie in de jaren ’60 van de negentiende eeuw vanuit Istanbul naar Parijs verhuisde, begon aan het eind van de negentiende eeuw met het opbouwen van zijn collectie en ging daar tot zijn dood mee door.

 

Het huis bestaat uit vier lagen. Op de begane grond bevonden zich de entrée en de dienstvertrekken (keukens, kantoor van de huismeester e.d.). De eerste verdieping was geheel gewijd aan de collectie en was toegankelijk voor zijn genodigden. Daar liet hij ook de diners organiseren. Op de tweede verdieping waren de privé vertrekken van de familie De Camondo en de derde verdieping tenslotte bestond uit de privé vertrekken van het personeel en de zolder.

Na de dood van zijn zoon Nissim, die sneuvelt in 1917 in een luchtgevecht, en het vertrek van Fanny en haar gezin in 1925, richt hij een aantal van de privé vertrekken in als herdenkingsplaats voor zijn zoon Nissim. Deze vertrekken waren slechts voor een zeer klein en select  groepje personen toegankelijk. Ook in die periode bepaalt hij in zijn testament dat alles nagelaten wordt aan de Franse staat, dat er niets aan toegevoegd of uit verwijderd mag worden. Het museum bestaat in eerste instantie alleen uit de entrée en de eerste verdieping en moet de naam van zijn overleden zoon Nissim krijgen

 

Moïse de Camondo heeft zijn collectie met grote zorgvuldigheid en met veel doorzettingsvermogen samengesteld. Hij vlooit allerlei (veiling)catalogi door om ontbrekende stukken te zoeken. Soms duurt het 30 jaar voordat twee bij elkaar horende stukken weer verenigd zijn zoals twee Engelse commodes uit ca. 1770 (afb. 1). Een hoogtepunt in zijn verzameling is een tweetal vazen van versteend hout van François Rémond, 1783, afkomstig uit de collectie van Marie-Antoinette (afb. 2). Maar de collectie kent niet alleen decoratieve kunst. Zo hangen er twee schilderijen van Elisabeth Vigée-Lebrun en de Buste van een negerin van Pierre-Philippe Thomire naar Jean-Antoine Houdon.

c98b8ab2-4d9a-4361-95ce-2e859935f606

Afb. 1. Pierre Garnier. Commode anglaise, ca. 1770. Les Arts décoratifs, Paris/Jean Tholance.

 

arton308-resp1090

Afb. 2. Twee vazen van versteend hout, ca. 1780.

 

arton323-resp1090

Afb. 3. Pierre-Philippe Thomire naar Jean-Antoine Houdon. François Rémond, 1783 Buste van een negerin. Brons en verguld brons. Les Arts décoratifs, Paris.

In de publicaties van het museum wordt aanvankelijk nauwelijks aandacht besteed andere zaken dan de collectie, de dood van Nissim en het feit dat familie van adel is. Vanaf de jaren ’90 van de twintigste eeuw verandert dat. Door een aantal oorzaken, die tijdens het referaat besproken worden, komt er veel meer aandacht voor de Joodse achtergrond van de familie, voor het feit dat Fanny en haar gezin omgebracht worden in Auschwitz en voor het leven zoals dat in dit huis geleefd werd.

Het museum lijkt daarmee anders gepositioneerd te worden. Naast een collectie Franse (decoratieve) kunst uit de achttiende eeuw krijgt het ook voor sommigen de rol van herdenkingsplaats, lieu-de-mémoire. En door deze wijziging heeft het museum een belangrijke rol gekregen in de discussies over de rol van musea.

Foto en reactie van Linda:

image

Nog een stadspaleis. Er was weinig te zien van de jongeman aan wie het museum opgedragen is.  Weer een Joodse familie die is uitgemoord, het is altijd weer verdrietig om dat te constateren. Het kwam bij mij meer als een interieurmuseum over dan als een monument van verlies.

2 gedachten over “Musée Nissim de Camondo: Collectie en Lieu-de-Mémoire

  1. De Camondo’s richtten hun huis eind 19e eeuw in volgens de mode van toen een dikke eeuw geleden. Dit deden zij om zich te verfransen, om bij de Parijse elite te horen. Interessant was het om te zien hoe zij complete inrichtingen overbrachten naar hun huis en te zien dat het hier en daar wringt: deuren die die niet goed gepostioneerd zijn, verhoudingen die niet kloppen, decoraties in steen die mechanisch zijn gemaakt en daardoor ‘zielloos’ zijn. Ze wilden zichzelf plaatsen in een bepaalde sociale klasse en een geschiedenis voor zichzelf creëeren. Door het huis lopend krijg je het gevoel dat het niet klopt, het is niet authentiek, zo missen er bijvoorbeeld de portretten van voorouders in de hal.

  2. Voordat ik Musée Nissim de Camondo betrad wist ik niet dat de privécollectie van de familie de Camondo een beklemmende indruk bij me zou achterlaten. Een speciaal ingerichte kamer doet sinister aan. De opzichtige Franse meubels zijn een herinnering aan Nissim die op 25-jarige leeftijd in een luchtgevecht overleed. De mistroostigheid van vader Moise straalt af van de twee portretfoto’s van Nissim die naast elkaar op een dressoir staan. Dit was zeer opmerkelijk en heeft de toon gezet voor de rest van het huis.

Reacties zijn gesloten.